Woonhuisregeling met vier jaar verlengd

Gevelwanden met houten voorschot in Durgerdam. (Beeld: RCE, doc. 512.202)

De woonhuisregeling wordt met vier jaar verlengd, tot 1 januari 2030. Dat voornemen heeft minister Eppo Bruins (OCW) kenbaar gemaakt. De woonhuisregeling heeft als doelstelling om particuliere eigenaren van rijks­monumenten met een woon­functie financieel te onder­steunen bij de instand­houding van hun rijks­monument. Op grond van de woonhuisregeling wordt de woonhuis­subsidie verstrekt.

Bruins: “Rijksmonumenten bieden ons een blik in hoe het vroeger was. Dat moeten we koesteren. Het mooie is dat we met deze regeling het heden met het verleden verbinden, door mensen die in deze rijksmonumenten wonen ook hun eigen geschiedenis te laten schrijven en tegelijk te helpen de bijzondere plek die het was in ere te houden.”

Minister Bruins stuurde de Tweede Kamer recent het ontwerp­besluit voor een wijziging van woonhuis­subsidie. Het besluit treedt zo spoedig mogelijk in werking na afronding van de voorhang­procedure van vier weken. Het gaat om een verlenging en de vaststelling van subsidie­plafonds voor activiteiten in 2025 tot en met 2028.

Particuliere eigenaren van rijksmonumenten met een woonfunctie kunnen jaarlijks van 1 maart tot en met 30 april een aanvraag indienen voor de Subsidie woonhuis­monumenten (woonhuis­subsidie). De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) behandelt de subsidieaanvraag.

Het subsidieplafond in de aanvraagrondes over activiteiten uitgevoerd in 2025 t/m 2028 wordt vastgesteld op € 52,5 miljoen per jaar.